Hoe is de werkelijkheid in de verschillende literaire perioden van de westerse literatuur- van Homerus en Tacitus tot Stendhal, Virginia Woolf en Proust- weergegeven? De keuze van de stilistische middelen en de wijze waarop deze werden aangewend, hing nauw samen met het wereldbeeld dat in de betreffende perioden overheerste. Het verschuivend wereldbeeld en de literaire neerslag en uitwerking daarvan vormen de leidraad van deze klassieke studie van Erich Auerbach. Op verrassende en scherpzinnige wijze onthult de auteur de wisselwerking tussen ogenschijnlijk onschuldige of neutrale literaire proc?d?s, en de verborgen zeggingskracht of 'inherente' ideologie van de tekst. Dankzij deze werkwijze weet hij een indringend beeld te schetsen van de ontwikkeling van de westerse literatuur in haar verhouding tot de werkelijkheid.
Softcover., 575pp., 13,5x 21cm., in zeer goede staat (omslag met lichte gebruikssporen). ISBN: 9789025427504.
5x21cm
575 pp.
Olympus 2004 Amsterdam
